Plan: | Bestemmingsplan Bedrijventerrein Ecofactorij |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0200.bp1071-vas1 |
Het geldend recht is vastgelegd in drie bestemmingsplannen. Het agrarisch gebied binnen het plangebied, nabij de A50, maakt deel uit van het bestemmingsplan Broekland-Woudhuis en heeft daarin de bestemming Agrarisch gebied met landschapswaarde. Er bevinden zich ter plaatse geen agrarische bouwvlakken. De A50 maakt deel uit van hetzelfde plan en kent de bestemming Wegen. De A1 ligt in het gebied waar nog het Uitbreidingsplan in Hoofdzaak 1947 geldt. Bestemming voor het gebied waar de A1 deel van uitmaakt is Agrarische bedrijven klasse B.
Het bedrijventerrein Ecofactorij, de spoorlijn, de Zutphensestraat en de Woudhuizermark maken deel uit van het Bestemmingsplan Bedrijventerrein Apeldoorn-Oost: Ecofactorij. Geldende bestemmingen zijn Bedrijfsdoeleinden, Spoorwegdoeleinden, Verkeersdoeleinden, Water (bedrijfsdoeleinden toegestaan) en Groen-/watervoorzieningen.
Zoals aangegeven is duurzaamheid in al zijn facetten leidraad geweest bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein. De ruimtelijk relevante onderdelen daarvan zijn vastgelegd in het geldende bestemmingsplan, deels in de vorm van een Beschrijving in Hoofdlijnen en deels in de vorm van concrete gebruiks- en bouwregels. Er is daarbij in het bestemmingsplan een verdeling naar de volgende onderwerpen aangehouden:
Per onderwerp zijn in het geldende bestemmingsplan uit 1999 uitgangspunten geformuleerd. Het betreft de volgende.
Inrichting en vormgeving
Uitgangspunt is dat grootschalige bedrijfsgebouwen gerealiseerd worden, zodanig dat deze gebouwen een onderdeel van het grootschalige landschap zullen vormen. Dit is geregeld door:
Bescherming archeologische waarden
Uitgangspunt is dat rekening wordt gehouden met de archeologische waarden in de in het bestemmingsplan aangegeven gebieden en om ter bescherming van deze waarden zonodig nadere eisen te stellen aan de situering van gebouwen en de inrichting van de betreffende kavel.
Meervoudig intensief grondgebruik
Streven is bedrijfsactiviteiten die niet strikt op de begane grond dienen te worden uitgevoerd, op de verdiepingen te doen plaatsvinden (grondoppervlak kantoorruimte en showroom beperkt tot 500 m2). Met ruime maximaal toegestane bebouwingshoogtes wordt ruimte geboden voor meer bedrijfsvloeroppervlak en daarmee een intensiever ruimtegebruik.
Ruimtelijke en milieukwaliteit
Uitgangspunt is dat een ruimtelijke en milieukwaliteit ontwikkeld wordt, die een hoge toekomstwaarde garandeert. Dit is geregeld door:
Energie, water en afval
Uitgangspunt is dat het beroep op conventionele energievoorzieningen tot een minimum beperkt wordt. Dit is geregeld door:
- door het realiseren van de centrale watergang, waarlangs waterwinning, -buffering en-zuivering mogelijk is, alsmede het mogelijk maken van deze activiteiten langs de Woudhuizermark;
- door het realiseren van een verbinding tussen de centrale watergang en de watergang die uit de Biezenmaten komt;
- door het stimuleren van het aanleggen van vijvers op het hoger gelegen terreingedeelte;
- door een koppeling van hemelwaterreservoirs en infiltratievijvers na te streven;
- door op de bedrijfskavels een grote buffercapaciteit te realiseren voor de opvang van water;
- door na te streven dat zoveel mogelijk zuivering en hergebruik van afvalwater plaats vindt, al dan niet in samenwerking tussen aangrenzende bedrijven.
Verkeer en vervoer
Uitgangspunt is dat een goede ontsluiting van het plangebied gerealiseerd wordt zonder negatieve uitstraling van het bedrijventerrein op de omgeving met betrekking tot verkeer en parkeren en dat het ruimtebeslag beperkt wordt. Dit is geregeld door:
- door het actief meewerken van de gemeente aan railcargo-voorzieningen (intermodaal en gecombineerd vervoerbedrijven), indien de ontwikkelingen na realisering van nieuwe railvoorzieningen daartoe aanleiding geven;
- door het bevorderen van vervoersmanagement en het bevorderen van ketenbeheer van de afvalstromen;
- door het beperken van het aantal parkeerplaatsen tot het aantal dat voor een B-locatie geldt, te weten0,5 parkeerplaats per 100 m2 vloeroppervlakte;
- door het niet toestaan dat langs de openbare weg parkeerplaatsen worden gerealiseerd
- door het mogelijk maken van een centraal parkeerterrein ten behoeve van het bedrijventerrein;
- door het realiseren van een fijnmazig, goed en (sociaal) veilig net van langzaamverkeersverbindingen;
- door het bevorderen van een bushalte langs de Zutphensestraat;
- door het bevorderen van de aanleg van light-railvoorzieningen met station;
- door te bevorderen dat bedrijven faciliteiten aanbieden ten behoeve van fietsverkeer en door collectief vervoer te bevorderen;
Voor zover een aansluiting van bedrijven op het spoorwegnet wordt gerealiseerd mag een overslagperron worden opgericht. Wanneer de aanleg van een parallelspoor wordt gerealiseerd mag het bestemmingsplan gewijzigd worden ten behoeve van de aanleg van een spoorbaan naar bedrijven voor de aansluiting op het spoorwegennet.
Handhaving en versterking bestaande kwaliteiten
De bestaande kwaliteiten moet behouden blijven en verder worden ontwikkeld. Ten aanzien van de structuurelementen in het plangebied betekent dit het volgende: