direct naar inhoud van 6.2 Bestemmingen
Plan: Barnewinkel
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.bp1070-vas1

6.2 Bestemmingen

De bestemmingen zijn vastgelegd in de regels en op de plankaart. Samen geeft dit de regels voor gebruik en bebouwing van de grond. De bestemmingen worden hierna besproken.

Agrarisch

De agrarische gronden die gelegen zijn in het actualiseringsdeel van het plangebied worden als zodanig bestemd. Daar waar specifieke regels van toepassing zijn worden deze net als de bestaande rechten als uitgangspunt genomen. De gronden die in eerste instantie werden meegenomen omdat werd gedacht aan uitbreiding van de mogelijkheden om daar een kleinschalig bedrijventerrein te realiseren (ten (zuid)westen van Woudhuizermark 100) beschikken samen met de gronden ten zuiden van de Woudhuizermark, over deze bestemming.

Agrarisch - Kwekerij

Voor deze gronden is een specifieke bestemming opgenomen om het bestaande gebruik op een goede wijze planologisch in te passen. Dit geldt voor 2 locaties: Felua en Barnewinkel 13. Door te werken met een specifieke bestemming worden deze functies ingepast in de omgeving. Hierbij is maatwerk nodig ten aanzien van chemische-spuit-activiteiten, voor wat betreft de Felua. Daarom is een specifieke zone opgenomen waar dit wordt uitgesloten met behulp van de "milieuzone - gebruik bestrijdingsmiddelen".

De toekomstige plannen zijn er op gericht om in een kleinschalige opzet met een specifiek karakter te komen tot agrarische activiteiten met ondergeschikte verkoop van agrarische en aanverwante producten, kleinschalige horeca- en onderwijsruimte. Dit voor het verder professioneel ontwikkelen van mensen uit de doelgroepen op het gebied van groen- en technisch onderhoud. Aanpassing van de bebouwing maakt deel uit van het onderzoek. Op dit moment zijn de consequenties hiervan nog niet voldoende concreet om in het kader van onderhavige bestemmingsplan mee te kunnen liften. Door de gemeente is ambtelijk aangegeven hiervoor in te zetten op een separate procedure. Deze gronden worden vooralsnog dan ook voorzien van de bestemming Agrarisch - Kwekerij.

Gezien de aanwezige kleinschalige verkoop, die verder gaat dan uitsluitend de verkoop van eigen producten, ter plaatse van Barnewinkel nr. 13 is op deze gronden tevens de aanduiding "tuincentrum" toegevoegd. Dit sluit aan bij het karakter van het bestaande bedrijf.

Bedrijf

De gronden met de bestemming bedrijf (betrekking hebbend op woudhuizermark 100/104) zijn gelegen in het actualiseringsdeel van het plangebied en worden bestemd conform de actualiseringsuitgangspunten. Daar waar specifieke regels van toepassing zijn worden deze net als de bestaande rechten als uitgangspunt genomen. Deze gronden zijn recent nog voorzien van een nieuw bestemmingsplan maar gezien de ligging (met rondom verouderde bestemmingsplannen(uit 1947)), de sterke relatie met deze recente bestemmingen ten opzichte van de omgeving en de eigendommen, zijn deze gronden meegenomen in plaats van een witte vlek te laten ontstaan in het plangebied.

Bos

Op de gronden met de bestemming Bos zijn bos, struikgewas, hakhout en afschermende groenbeplanting toegestaan. Daarnaast zijn de gronden mede bestemd voor het behoud, de bescherming en de versterking van het bos met de bijbehorende landschaps- en natuurwaarden. Verder zijn paden, in- en uitritten en nutsvoorzieningen toegestaan.

Gemengd

Deze bestemming maakt het MFC mogelijk. Het gaat hierbij om een hotel van maximaal 160 kamers. Daarnaast een congrescentrum/conferentie-oord van maximaal 2500 m2 bvo en een restaurant van maximaal 1.000 m2 bvo. Binnen de hotel/congres-functie zijn tevens de daarbijbehorende ondergeschikte voorzieningen toegelaten. Daarbij moet onder meer gedacht worden aan, ondergeschikte, onzelfstandige, geintegreerde, ruimte voor horeca-, cultuur- en onspanningsfuncties. Ook zijn binnen de toegestane functies business units / werkplekken realiseerbaar.

De functies zijn voorzien van maxima gebaseerd op het aantal kamers dan wel bvo om zo aan de ene kant flexibilliteit te houden en anderzijds helderheid te bieden mbt de toekomstige invulling. Net als voor het gebruik is deze balans ook gezocht in de bouwbepalingen. Enerzijds flexibiliteit in de maatvoering anderzijds wel de borging van stedenbouwkundige/landschappelijke kwaliteit. Het totaal aan gebouwen ten behoeve van de functies binnen de bestemming gemengd mag maximaal 15.000 m2 bvo zijn, dat is dus inclusief álle (ondergeschikte) functies. Daarnaast is er ook een maximale voetprint voor deze functies. De totale voetprint van gebouwen bestaat uit niet meer dan 5.500 m2 bebouwd oppervlak. Het parkeren moet binnen deze bestemming worden opgelost, op dan wel onder het maaiveld. De gronden bevatten tot slot de mogelijkheid om via een specifieke afwijking de toegelaten functies (hotel/conferentie/congres-ruimte en restaurant) uit te breiden, waarbij voor toetsing onder andere de apecten landschap/stedenbouw, externe veiligheid, verkeerskundige en milieukundige consequenties als voorwaarden worden gesteld.


Groen

Het structurele en structurerende openbare groen in het plangebied is onder de bestemming Groen gebracht. Hier zijn groenvoorzieningen, paden, in- en uitritten, hondenuitlaatplaatsen, nuts- en speelvoorzieningen toegestaan. Binnen deze bestemming zijn alleen bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegelaten. De bouwhoogte van speel- en klimtoestellen mag bij recht niet meer dan 4 meter bedragen. Het bevoegd gezag kan onder voorwaarden bij omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor speel- en klimtoestellen tot een hoogte van 6 meter. Het stukje groen ten noord/oosten van Agrifirm was reeds opgenomen binnen de groen-bestemming van het bestemmingsplan voor Agrifirm maar deze is opnieuw opgenomen om een kleine correctie door te voeren voor deze gronden. Het betreft het eenduidig regelen van de gasleiding. Door extensief agrarisch medegebruik mogelijk te maken wordt het mogelijk gemaakt om het beheer en onderhoud van de groene inpassing van het MFC eventueel onder te brengen bij een agrarier zonder dat dit als strijdig gebruik zou kunnen worden aangemerkt.

Verkeer - Spoorweg

De bestemming Verkeer - Spoorweg is gegeven aan de gronden die de bestaande spoorwegverbinding omvatten in het zuiden van het plangebied.


Verkeer - Verblijfsgebied

De bestemming Verkeer - Verblijfsgebied is gegeven aan de gebieden die een verblijfsfunctie hebben. Dit betreft de wegen, straten, voet- en fietspaden, bermen en parkeervoorzieningen in de woongebieden. Ook het niet-structurerende groen is in deze bestemming ondergebracht. De laan was reeds opgenomen binnen de verkeer - verblijfs-bestemming van het bestemmingsplan voor Agrifirm maar deze is opnieuw opgenomen om een kleine correctie door te voeren voor deze gronden. Het betreft de regeling mbt reclamemasten en het eenduidig regelen van de gasleiding.


Leiding - Gas/ Leiding - Hoogspanningsverbinding/ Leiding - Riool

De gronden met de hierboven genoemde dubbelbestemmingen zijn mede bestemd voor respectievelijk een ondergrondse gastransportleiding, een bovengrondse hoogspanningsverbinding en een rioolpersleiding. Op de gronden met deze dubbelbestemming mogen uitsluitend gebouwen ten dienste van de desbetreffende leiding worden gebouwd. Andere gebouwen zijn, mits passend binnen de andere bestemming, uitsluitend toegestaan door middel van het bij omgevingsvergunning afwijken van de regels. Afwijken is alleen mogelijk wanneer vooraf advies van de leidingbeheerder is ingewonnen. Voor de gasleiding en het riool is er een omgevingsvergunningvereiste voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden opgenomen waarbij aan de aanleg van diepwortelende beplanting, grondwerken, het aanbrengen van verhardingen en heiwerkzaamheden, beperkingen worden gesteld.


Bouwregels

Voor de maatvoering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde is per bestemming een bebouwingsschema opgenomen. In de bebouwingsschema's staan de maatvoeringsaspecten die voor die specifieke bestemming gelden.

Bevoegd gezag

Waar dit bestemmingsplan de bevoegdheid in het leven roept om af te wijken van de regels, is die bevoegdheid toebedeeld aan het bevoegd gezag. Over het algemeen zal dat bevoegd gezag het college van burgemeester en wethouders zijn. In een enkel geval zijn op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht gedeputeerde staten dan wel de minister bevoegd gezag voor het verlenen van de omgevingsvergunning en daarmee ook voor het bij die omgevingsvergunning afwijken van de regels van dit bestemmingsplan.