direct naar inhoud van Artikel 6 Natuur
Plan: Bestemmingsplan Oost-Veluweweg - A50 Gasleiding
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.bp1048-onh1

Artikel 6 Natuur

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. behoud, bescherming, aanleg en versterking van het bos en de natuurwaarden;
  • b. fiets-, voet-, onderhouds- en ruiterpaden;

met de daarbij behorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

6.2 Bouwregels

Naast de algemene bouwregels van artikel 12 gelden de specifieke regels van het navolgende bebouwingsschema.

Bebouwing   Maximale oppervlakte   Maximale goothoogte   Maximale bouwhoogte   Bijzondere regels  
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde       2,5 m    
6.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op de bescherming van het bos en/of het natuurgebied nadere eisen stellen aan de omvang en situering van bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

Op het stellen van nadere eisen zijn de in artikel 15 opgenomen procedureregels van toepassing.

6.4 Aanlegvergunning
6.4.1 Vergunningplicht

Het is verboden om zonder of in afwijking van een door burgemeester en wethouders verleende vergunning:

  • a. oppervlakteverhardingen ten behoeve van parkeren aan te leggen of aan te brengen;
  • b. wegen en paden aan te leggen en te verharden of andere oppervlakteverhardingen aan te brengen;
  • c. de bodem te verlagen en gronden af te graven, op te hogen en te egaliseren;
  • d. ondergrondse transport-, energie- en telecommunicatieleidingen en daarmee samenhangende constructies, installaties en apparatuur aan te brengen;
  • e. andere handelingen te verrichten die de dood of ernstige beschadiging van bomen ten gevolge hebben of kunnen hebben.
6.4.2 Uitzonderingen vergunningplicht

Het onder 6.4.1 opgenomen verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:

  • a. in het kader van het normale beheer en onderhoud;
  • b. waarmee is of mag worden begonnen op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
  • c. als bedoeld in sublid 6.4.1 onder e, voor zover de artikelen 4.5.1 tot en met 4.5.11 van de Algemene Plaatselijke Verordening daarop van toepassing zijn;
  • d. strekkend tot de aanleg van het bos en/of de natuurwaarden wanneer die ter plaatse niet aanwezig zijn;
  • e. die nodig zijn voor de aanleg van een ondergrondse gastransportleiding, voor zover de gronden tevens met 'Leiding - Gas' zijn aangewezen.
6.4.3 Beoordelingscriteria

Werken en werkzaamheden als bedoeld in dit lid zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen het bos en de natuurwaarden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast.